Dag 4,
donderdag 9 april 2020
Om 8u ben ik op school, hoewel ik er
vandaag niet moet zijn. Een levering van schoolmateriaal. Het doet deugd om met
de secretaresse te babbelen. Een ander contact dan het virtuele of telefonische.
Contact met iemand anders dan mijn kinderen. Niet dat mijn kinderen moeilijk
doen. Ik zie hoe ze hun weg zoeken, het lange uitslapen proberen terug te
dringen en hun routine proberen te vinden in deze tijd. Ik bewonder hen soms
wel. Ze zeuren niet, ze klagen niet, het schoolwerk is gedaan, de vaatwasser
wordt leeggemaakt, het keukenaanrecht is telkens proper. Die sokken, die er al
een dag in een hoekje rondslingeren, probeer ik maar niet te zien. Het lukt ons
wel.
Het is 10u30 als ik thuis ben. Mijn hond
snapt er ondertussen niets meer van. Weg, terug, weer weg, snel terug, kinderen
thuis, zoveel gaan wandelen dat haar poten stram zijn. De kat trekt zich er
niets van aan, zoals katten dat nu eenmaal nooit doen.
De rest van de dag is helemaal voor
mij. Dat heb ik me voorgenomen. Wat zal ik eens doen? Lezen? Dat is ook al zo
lang geleden. Ik, die vroeger boeken verslond alsof het een zakje chips was,
heb al zolang niet meer gelezen. Ik mis het wel, het nestelen in een goed
verhaal, het mee beleven, je herkennen in de personages en de setting. Ik twijfel.
Dan zie ik mijn gitaar staan. En een
stapeltje partituren. Dat ligt er ook al een tijdje. Nog nooit gespeeld. Ik verhuis
met gitaar en partituren naar buiten, in de ochtendzon. Vlug doorblader ik de
muziekstukken. Wat zal ik spelen? Ik neem willekeurig een stuk, stem mijn
gitaar en speel. Ik speel de pannen van het dak. Uren en uren ga ik door tot
mijn vingers pijn doen. Het is 100% genieten. Net zoals in een goed boek, kan
ik ook helemaal opgeslorpt worden door muziek. Ik leg er mijn eigen gevoel in,
maak er een persoonlijke interpretatie van en speel, speel, speel. Als ik stop,
valt het me op hoe stil het is rondom mij. Dan bedenk ik dat de buren me
misschien wel gehoord hebben. Is dat erg?
De gitaar verhuist terug naar binnen
en ik zet me terug in de tuinstoel. Die stilte, daar kan ik ook van genieten. Dat
ga ik nu doen: niets en luisteren naar de stilte. Als je me kent, weet je dat
niets doen een hele opgave is voor mij. Maar het lukt. Ik luister naar de
vogeltjes, aan wie deze crisis blijkbaar voorbijgaat. Hun lied klinkt net
hetzelfde als vorig jaar en de jaren daarvoor.
En dan….. het vreselijk monotone
gezeur van de heggenschaar van de overbuur. Weeral. Het is zijn verslaving. Uren
en uren trimt hij zijn veel te lange haag bij. Gemillimetreerd tot in het
absurde. Waarschijnlijk houdt hij ook niet van het lawaai, want zijn radio, met
volume op 28, verhuist overal met hem mee. De stilte wordt simpelweg
doorkliefd. De vogeltjes zitten er nog, maar ik hoor ze niet meer. Het geluid
van de heggenschaar en de radio werken na een paar uur echt op mijn zenuwen. Maar
toch: deze dag is van mij! Helemaal van mij!
Geen opmerkingen:
Een reactie posten
Reactie krijgen op een schrijfsel is het teken dat je gelezen wordt! Dank je wel hiervoor!