maandag 24 november 2014

Voetstappen




“Zei je iets?” vroeg hij.
Maar ik had niets gezegd.
Ik stapte enkel door het huis.
Toen begreep ik dat mijn voetstappen als woorden klonken.

Soms zeggen ze: “Volg me! Loop naast me en wandel mee.”
Dan klinken ze uitnodigend. Vier voeten naast elkaar…

Maar als ze door de gang dreunen als het slaan van een hamer op een koppige nagel,
als mijn voeten resoluut een weg inslaan, dan hoor je:
“Laat me nu maar. Volg me niet. Ik wil even weg.”
Weet dan dat ik terugkom en dat mijn woorden daarna zachter zullen klinken.

Het fluisteren is moeilijker te verstaan.
Soms willen mijn woorden even niet gehoord worden.
Niet omdat er iets mis mee is, maar vooral omdat ik niemand wil storen.
Mijn woorden sluipen dan achter me aan en verbergen zich,
zodra ze de kans daartoe hebben,
in een hoekje van de kamer.
Stiekem hopen ze om toch opgepikt te worden.

Het leukste is als mijn voeten dansen, dan huppelen mijn woorden mee.
Dan neem je me bij de hand en dansen we samen.
Zomaar, rond de keukentafel.

‘Zei je iets?’ vraag je dan.
Ik lach even en zeg: ‘dans nu maar!’



dinsdag 18 november 2014

Glimlach




Een glimlach is als een warme deken,
dat zomaar over je schouders wordt gelegd.

Zonder woorden.

De hand die bewust even op je schouder blijft liggen.
Het aanraken, dat je geruststelt.

Het voelen.

Dat gevoel zou ik willen vasthouden,
zodat het me altijd geruststelt.

De glimlach op mijn netvlies gebrand,
zodat ik met gesloten ogen
het beeld terug kan oproepen
als het me even niet gaat.

Zonder woorden,
maar zoveel meer
kunnen zeggen
in een andere taal,
die glimlach.

Die aanraking.




maandag 20 oktober 2014

Verdriet





Deze ochtend was ik weer erg vroeg wakker. Het was zondag en niets hield me tegen om nog wat te genieten van de warmte van mijn bed. Maar de fluitende vogeltjes lokten me. Ik stond op, zette een kopje thee en liep de tuin in. Het was nog donker, net voor het ochtendlicht zich voorzichtig zou aankondigen. Late sterren fonkelden en ook de maan liet zich nog zien. Hoog boven me vloog een vliegtuig, waarop de eerste zonnestralen al weerkaatsten. De rust, de geuren, de ontwakende wereld… ze deden me diep inademen. Het was onbegrijpelijk dat al dit moois voor haar niet voldoende geweest was. Deze nacht zou waarschijnlijk uitmaken of ze het haalde of niet. 

Een tiental mussen kwam me kwetterend begroeten. Ook de kippen ontwaakten. Ik keek naar mijn dampende kop thee. Het was oktober maar het was heerlijk zacht zo vroeg in de ochtend. Door de bomen heen zag ik, op een honderdtal meter afstand, twee reeën grazen. Ook zij genoten van de rust. Mijn hond vleide haar hoofd op mijn schoot en keek me doordringend aan. Als ze had kunnen praten zou ze zeker gevraagd hebben: “Waar denk je aan?” 

Ik dacht aan teveel tegelijkertijd. De tegenstelling was zo groot: ik zat hier te genieten van de kleine dingen van het leven en zij lag daar, in een ziekenhuisbed. Ik wist dat zij niet zou vechten voor haar leven. Ze wou niet meer. Ze had een wrede keuze gemaakt. Ze hadden haar gevonden, alles gedaan om haar te redden. Precies dat wat zij niet wou. Maar dat was nu eenmaal de procedure. Reanimatie, na minutenlang terug een hartslag. 

Verwarring. 
Verbijstering. 
Verschrikkelijk. 
Verbouwereerd. 
Verliezen. 
Verdwaasd. 
Verdriet. 
Verdorie. 

Woorden met –ver. En dan kom je tot het besef dat er zoveel woorden zijn om emoties te omschrijven, maar dat er toch geen enkel woord krachtig genoeg is om dit gevoel uit te drukken. 

De wereld ontwaakt. Mijn kopje thee is leeg. Het concert van de vogels is bijna oorverdovend. Tegelijkertijd overvalt de stilte me. Als een cocon rond het zeteltje waarin ik me genesteld heb. Ik doorprik de cocon even en steek een kaarsje aan. Nog een tegenstelling die me treft. Het zonlicht absorbeert het kaarslicht bijna volledig. Ik maak nog een kopje thee en ik denk aan haar. 

Meer kan ik niet doen. 




woensdag 8 oktober 2014

Surprise



Het gebouw was verlaten. Dat was al maanden zo. Ooit was het nochtans anders. Een jong koppel runde er een goed draaiend bedrijf. Ze waren gedreven, creatief en ondernemend. Hij was traiteur en mocht ook de titel van chef-kok dragen. Zijn vrouw hielp mee in de zaak en deed de boekhouding. Toen ze hun droom eindelijk werkelijkheid zagen worden, stonden ze fier en arm in arm toe te kijken hoe het paneel ‘Traiteurdienst Jodi’ boven hun deur bevestigd werd. ‘Jodi?’, vraag je je dan af. Ja, ‘Jodi’, want hij heette Johan en zij luisterde naar de naam Diane. Ze deden alles samen en dus was ook de naam van hun zaak een samensmelting van hun persoontjes.

De buurt zag hen graag komen. Je kon er de lekkerste belegde broodjes krijgen. Johan maakte verse slaatjes, verzorgde feestjes, stelde zijn kookdiensten ten dienste van mama’s die grootse communiefeesten in hun tuin wilden organiseren en recepties op huwelijken waren tot in de puntjes verzorgd. Diane maakte je vrolijk door haar verschijning alleen al. Ze lachte altijd en was tegen iedereen vriendelijk. 
 
De zaak draaide goed. Traiteurdienst Jodi had veel succes. Je weet zelf wel wat mond-aan-mond-reclame kan doen. Het bedrijf floreerde en er werd extra personeel aangenomen. Ze hadden hun handen vol. Maar jammer genoeg hadden ze ook minder tijd voor elkaar. Het groeide wat boven hun hoofd, maar ze beseften het niet. Ze stonden minder en minder arm in arm te kijken naar hun gerealiseerde droom. Johan werkte zich uit de naad om alles rond te krijgen. Diane deed vooral de winkel en de bestellingen. Gelukkig kreeg ze veel hulp van één van hun nieuwe werknemers, Kevin. 

Johan merkte zelfs niet dat Kevin meer dan alleen hulp bood aan Diane. Het klikte tussen die twee. En aangezien Johan altijd in de keuken bezig was en Kevin dag in dag uit met Diane samenwerkte, verschoof haar verliefdheid als een vanzelfsprekendheid naar Kevin. Natuurlijk hielden ze dat angstvallig geheim. Diane wou haar zaak niet verliezen en diep in haar hart zag ze Johan ook nog erg graag. Ze respecteerde hem. Maar toch niet genoeg om de grenzen van de trouw te doen vervagen.

Op een dag kwam Johan met een idee. Hij had in een Amerikaanse film iets geweldig gezien: zou het niet fantastisch zijn als zij ook een reuzetaart zouden binnenrollen op een feest en dat Diane daar, schaars gekleed, met veel toeters en bellen uit tevoorschijn zou springen? Aanvankelijk vond Diane het maar niets. Het idee om voor wildvreemde mensen uit een taart te komen, gekleed in een pakje met pluimen en veel glitters, schrok haar wat af. Maar ook Kevin  kon haar overhalen. Ze was immers een mooie vrouw en iedereen zou haar bewonderen. De ijdelheid haalde het van haar twijfel en Diane kocht zich een glamourpakje en make-up. 

De eerste keer verliep het wat onwennig, maar het had zoveel succes dat er al gauw veel bestellingen voor de reuzetaart binnenliepen. Johan zag dat het goed was. Zijn idee werd beloond met een nog groter inkomen. En Diane deed dat goed. Ze ging helemaal op in haar rol. Ze lachten er vaak mee; zouden ze de rollen eens niet omkeren? Het zou nogal een verrassing zijn als Johan, met zijn beginnend buikje, uit de taart tevoorschijn zou komen… Maar Johan bedankte feestelijk. Hij had claustrofobie en geen haar op zijn hoofd dacht er aan om in zo een taart te zitten en te wachten op het juiste moment!
Het werd al gauw routine. Johan maakte de taart klaar en Kevin en Diane reden naar het feest, met de taart in de bestelwagen. Daar aangekomen hijste Diane zich in het gebak en deed haar act. Jodi was een gesmeerde machine.

Maar Johan was niet dom. Hij zag de steelse blikken wel tussen Kevin en Diane. Hij werd achterdochtig en hield hen goed in de gaten. Helemaal zeker was hij niet, vooral omdat hij het niet wou geloven dat Diane hem bedroog. En Diane ontkende met veel overtuiging.

Het was vrijdagavond. Diane zou deze avond weer haar act opvoeren. Maar hun planning zou er net wat anders uitzien. Het feest ging door op een paar honderd meter van hun zaak. Net daarvoor moesten ze een grote bestelling afleveren in een andere stad en daarna hadden ze nog een levering. Samen bekeken ze hoe ze dit allemaal voor elkaar zouden krijgen. Kevin opperde dat hij de eerste bestelling zou leveren en dat Diane en Johan de voorbereidingen van de taart zouden doen. Als Kevin terugkwam, zou Diane vooraf al vlug in de taart kruipen en zouden ze zo naar het feest rijden. Dat zou hen wat tijd besparen en het was niet ver. Iedereen vond het een goed idee. Alleen waren er nog de wegwerkzaamheden op die paar honderd meter. Maar ook daar hadden ze een oplossing voor: een stevige houten kist om de taart zou de ergste schokken wel opvangen. Gelukkig schrikte het Diane niet af om ook nog eens in een kist opgesloten te zitten.

Maar die avond ontdekte Johan het bedrog van Diane. Hij vond lieve briefjes die ze schreven naar elkaar en alle puzzelstukjes vielen op hun plaats. Vorige week was Diane helemaal niet naar de bioscoop geweest met een vriendin. Ze had een zalige avond met Kevin beleefd blijkbaar. Johans wereld stortte in. Hij wou Kevin confronteren en ging naar hem op zoek. 

Kevin was al op de terugweg naar de zaak en hoorde zijn gsm rinkelen. Hij had net aan Diane laten weten dat ze al maar in de taart moest kruipen, zodat hij meteen kon leveren. Al rijdend nam hij de telefoon op, zich van geen kwaad bewust. Het was Johan, die meteen begon te roepen en te tieren. Kevin was helemaal van de kaart en zag de vrachtwagen voor hem niet, die een onverwacht inhaalmanoeuvre deed. Het werd een frontale botsing met een fatale afloop. Kevin had geen pijn geleden. Hij was op slag dood.

Johan brieste van woede en ging ervan uit dat Kevin de telefoon had afgelegd. Hij sprong in zijn auto. Diane hoorde hem vertrekken, in haar taart en houten kist. Ze wist niet wat er aan de hand was. Ze riep even, maar niemand antwoordde. Al de andere personeelsleden waren al naar huis.

Johan was zichzelf niet meer. Tranen stonden in zijn ogen. Daardoor zag hij de borden niet van de wegomlegging. Of hij zag ze wel, maar negeerde ze. Niemand zal het weten. Zijn auto en zijn lichaam werden een dag later gevonden in het kanaal. Het was een dramatisch verhaal. Een werknemer en de eigenaar van Traiteurdienst Jodi stierven op dezelfde dag.

En Diane? Die zat in haar taart. Te wachten. Uren, dagen, er kwam geen einde aan. Niemand kon haar bereiken. Haar gsm lag in de woonkamer en stond af. Hoe vaak had ze niet geprobeerd om die houten kist open te krijgen? Gelukkig moest ze geen honger lijden. Maar het duurde te lang. Veel te lang. Uiteraard ging de zaak, na de dood van Johan, meteen dicht. Men ging op zoek naar Diane, maar vond haar niet. De kranten berichtten er de eerste dagen uitvoerig over, maar al gauw werd het vergeten. Net zoals Diane.

Maanden verstreken. De deur bleef dicht. Tot op de dag dat er een onderzoek gevoerd werd. Rekeningen waren niet vereffend, de huur was niet betaald. Het gebouw werd in beslag genomen. Alles lag ondertussen al onder een laag stof. Wat nog waarde had, werd meegenomen. De man die na lang zoeken, de sleutel van de bestelwagen vond en die opende, krijgt nog steeds psychologische begeleiding.

Dat een slagroomtaart na zoveel maanden beschimmeld en stinkt, dat besefte hij wel. Maar niemand had verwacht dat hij er een hoopje pluimen en de beenderen van Diane zou vinden…