Toen ik je fiets zag staan,
helemaal achteraan in een hoekje van het tuinhuis, kwam alles terug. Beelden
flitsten door mijn hoofd. Het waren stuk voor stuk mooie beelden. Ik zette me
in het tuinhuis neer op een houten krat en gaf die herinneringen even de kans
om helemaal door te sijpelen.
We
waren achttien jaar. Op de rand van volwassenheid. We zaten in dezelfde school,
maar niet in dezelfde klas. Ik had je al jaren in de gaten. Je was zo mooi, zo
vrolijk. Telkens als ik je zag, gingen de vlinders in mijn buik tekeer. Ja, ik
was erg verliefd op jou. Heel, heel erg verliefd. Ik was enorm verlegen,
schaamde me voor mijn slungelige lijf en voor mijn haardos die ik maar niet kon
temmen. Ik maakte in mijn gedachten wel duizenden plannen: hoe kon ik je eens
uitvragen, wat zou ik tegen je zeggen?
Het
bleef bij plannen, want jou benaderen was voor mij toen een onoverschrijdbare
grens. Je merkte het zelfs niet. Ik viel niet op in de menigte. De vlinders
woelden onverminderd door.
Dan
kwam het einde van het schooljaar in zicht. Er was een groot bal. Ieder zou
daarna zijn eigen weg gaan. Ik voelde de klok tikken. Wat als ik je daarna
nooit meer zou zien? Ik zou er zo veel spijt van hebben als ik je niet mijn
liefde bekend had. Maar toch… Je leek een godin en in mijn ogen waren godinnen
niet aanspreekbaar door slungels. Het was dus hoog tijd voor actie.
De
avond daarvoor oefende ik mijn openingszinnetje. Ik had er in de laatste jaren
genoeg bedacht. Voor de spiegel controleerde ik mijn mimiek, mijn houding, mijn
kledij. Het moest perfect zijn. Het werd een erg korte nacht. Ik had mezelf
genoeg opgepept en had het gevoel dat het me wel zou lukken.
Het
was zover. Ik daverde over mijn hele lijf. Maar ik was vastberaden. Ik vond je
meteen in het gewoel. Je was aan het dansen met een vriendin. Als deze dans
gedaan was, zou ik mijn kans wagen. Eindelijk, het voelde al bijna als een
verlossing. Toen het zover was, twijfelde ik toch wat te lang. Ik liet er nog
een dans overgaan.
Ik
stapte naar je toe. Het zinnetje dat ik deze nacht eindeloos geoefend had,
herhaalde ik in mijn hoofd. Ik voelde me een klein kind dat zijn
boodschappenlijstje op weg naar de winkel bleef opzeggen. Toen ik voor je
stond, lachte je naar mij. Het was het mooiste moment in mijn leven. Je ogen
vroegen me wat er was. Mijn mond viel open, maar er kwam niets uit. De woorden
in mijn hoofd waren verdwaald. Ik vond ze niet meer. Ik stond daar maar, te
staren naar jou. Jij lachte nog eens en danste verder met je vriendin.
Later
op de avond, net toen ik naar huis wou gaan, zag ik je staan. Je had één van je
schoenen in je hand. Je lach was verdwenen. Ik stapte naar je toe. Een
openingszin had ik niet nodig. Je zuchtte. Mijn ogen vroegen wat er was. De hak
van je schoen was afgebroken, je had een lelijke val gemaakt. Om je woorden
kracht bij te zetten, tilde je de onderkant van je jurk wat op. Je knie was
geschaafd, bebloed.
Ik
nam een zakdoek en depte de schaafwonde. Alles ging snel en automatisch. Ik
vroeg hoe je naar huis ging. Je wees naar je fiets en keek bedenkelijk naar je
knie. Ik had geen verdere uitleg nodig. Ik nam je fiets en zou je naar huis
brengen. Jij zat achterop en ik trapte de ziel uit mijn lijf. We hadden een
leuke babbel. Mijn vlinders en ik waren heel blij om je schaterlach weer te
horen. Net voor we jouw straat inreden, sloeg je je armen om mijn slungelige
lijf. Je zal ongetwijfeld gevoeld hebben hoe die vlinderwolken bijna
ontploften.
Het waren mooie herinneringen. Ik
stond op van het houten kratje en voelde me gelukkig. Het was allemaal al erg
lang geleden. Maar ik wist er nog elk detail van. Ik
sloot het tuinhuisje, stapte door de tuin en plukte er in het wilde weg wat
bloemen. Zo goed als ik kon, schikte ik ze tot een boeketje. Ik opende de
achterdeur. De geur van vers gemaakte koffie kwam me tegemoet. Ik stapte naar
je toe, omarmde je en gaf je het stuntelige bloementuiltje. Je lachte naar me
met je mooiste glimlach en kuste me.
De vlinders in mijn buik zijn
ondertussen hoogbejaard. Maar ze woelen onverminderd door.
Prachtig en ontroerend.
BeantwoordenVerwijderenMooi plaatje en verhaal!
BeantwoordenVerwijderenheel mooi!
BeantwoordenVerwijderenKnap stukje proza waarin we ons zelf in terugvinden want ik ben ook al bijna 76
BeantwoordenVerwijderenWilly
Met plezier gelezen, mooi gevoelig stukje.
BeantwoordenVerwijderenMooi en gevoelig stukje.
BeantwoordenVerwijderenNiet voor niets zijn mijn lievelingsdieren vlinders, witte vlinders. Tevens de herinnering aan een overleden meisje waarvan ik de "uf" mocht zijn...
BeantwoordenVerwijderenHet is normaal dat je zovele jaren later kunt terugdenken aan je "jongte". Toen je echt nog niet op zoek was naar een lief, maar toch niet onverschilig was voor meisjes, hoewel je eerder opkeek naar nog jonge gehuwde vrouwen, waarvan je niet kon aannemen dat ze "al" gehuwd waren.
BeantwoordenVerwijderenVerliefdheid? Ja, dikwijls, maar het ging telkens weer over. Er waren er zoveel waarop je verliefde kon zijn, en ook werd.
Andersom werd je ook gewaar dat een meisje op jzelf verliefd werd. Ja zeker, tijdens het dansen bvb. Hoe in je armen het trillende lichaam van het warm aanvoelende meisje duidelijk vlinders in haar buik voelde.
Jeugdliefde ! Ken ze bijna nog allemaal, sommigen zijn al weduwe en zochten reeds een andere "levenspartner." Verliefdheid ! Het duurt maar even, maar je vergeet het nooit.
Herinner mij nog heel goed hoe ik mij toen voelde, vergeten nooit. Gaby.
BeantwoordenVerwijderen"Zomerzee" ..HwRx. X
BeantwoordenVerwijderen