Niets kan een mens zoveel deugd doen als
eens diep zuchten. Vrijwel meteen voel je je beter. Althans in mijn geval is
dat toch zo. Ik betwijfel of dat ook zo was voor de stakkers die zuchtten, lang
geleden, op de Ponte dei Sospiri in Italië.
Als zij de brug overstaken was er geen weg
terug. Ze staken ze ook niet zomaar over. De brug leidde hen van het Dogepaleis
in Venetië naar de gevangenis. Daar werden ze opgesloten in donkere kerkers.
Door de raampjes van de brug zagen de gevangenen voor de laatste keer het
daglicht. Je begrijpt wel dat daarmee een diepe zucht gepaard ging. Dat was ook
zo voor Galileo Galilei en Casanova, hoewel die laatste er toch in slaagde om
te ontsnappen.
Ooit, minder lang geleden, trok ik naar
Italië, al liftend. Je kent dat wel: rugzak, jeansbroek en te weinig centen, maar
vooral veel zin voor avontuur. Eerder toevallig kwam ik in Venetië uit en dat
is niet evident: liften en Venetië gaan niet goed samen. Ik was er toch. Een
beetje tegen mijn zin, want ik wou de natuur in trekken.
Toen ik op het San Marcoplein aankwam liet
ik mijn rugzak op de grond glijden. Ik was, zoals de Engelsen het zo mooi
zeggen ‘flabbergasted’. De sfeer die dat plein uitademende was intens. De
geuren waren nieuw en verwarden me. De vliegende ratten, zoals ze de duiven
hier noemden, ergerden me zelfs niet. Ik zocht een veel te duur terrasje op en
genoot met volle teugen. Daar geraakte ik aan de praat met een jonge vrouw die
al een tijdje in dat café werkte. Zij vertelde me van de Brug der Zuchten en ik
vond het prachtig. Ik liet mijn rugzak daar achter en ging op verkenning uit.
Ik beklom de Campanile, de klokkentoren op het San
Marcoplein. Zo werkte ik toch een beetje mijn schuldgevoel weg voor mijn
geplande bergwandelingen. Het zicht over Venetië en over de vijf koepels van de
basiliek was prachtig. Ik zag zelfs San Giorgio Maggiore en besefte weer dat
gondels vermoedelijk geen lifters zouden meenemen.
Ik genoot, ondanks de drukte van de stad en
de vele toeristen. De Brug der Zuchten zou ik later wel doen. Ik wou eerst die
rugzak ophalen. ‘Je weet maar nooit in het buitenland’, zei mijn moeder
altijd.
Het ophalen van de rugzak duurde veel
langer dan verwacht. Ik moest nog iets drinken, want Bianca had niet meteen
tijd om mijn spullen uit de berging te halen. Ach, een wijntje dan maar. Bianca
knipoogde naar me. Toen mijn glas leeg was, zette ze er nog eentje voor mijn
neus. En nog eentje. Toen haar shift gedaan was, hebben we nog uren gepraat.
Door de vele wijntjes was mijn Italiaans zo vloeiend als het water uit de
Adriatische Zee. Toen ik het café verliet, was het al donker. De Brug spookte
nog steeds in mijn hoofd en ik besloot er toch nog naar toe te wandelen.
Daar, toen ik onder die brug stond, zag ik
een schim achter een raampje. Meteen daarna hoorde ik een diepe, droevige
zucht. Waren het de wijntjes? Was het echt? Ik zou heel graag nog eens
teruggaan om daar zekerheid over te hebben! En een wit wijntje met Bianca zou
ik er graag bijnemen.
Die schim was die pater uit Heverlee die met z'n sleutelbos in 't klooster rondliep toen MV daar zong !!!
BeantwoordenVerwijderenTof...om me mee op sleeptouw te nemen!
BeantwoordenVerwijderenDoe de laatste weken niets anders meer dan zuchten. De recente dode vrienden Kaat en Gerrit. Ze wisten het niet eens zeker Gerrit niet, die zelf als scherprechter zo gemakkelijk het scalpel hanteerde. Men zegft dan: veel te jong ! Inderdaad is dat veel te jong. Voel me als oudere een beetje schuldig in al mijn hulpeloosheid om er niets te kunnen andoen, dan zuchten. Het is eerder gelatenheid, laisser allez,laisser passer.
BeantwoordenVerwijderenOoit gleed ik ook met een gondel onderdoor die beruchte Ponte dei Sospiri. Ik vroeg aan de gondelier of hij een lied kende over die smartbrug. Neen, ik zing van de vrolijkheid en de zon zei hij, en zette O Solo Mio in. Op het Canal Grande schoven we onder de Rialto brug door, waar bontgekleurde toeristen de souveniers-winkeltjes voorbijliepen. Ik dacht aan de beruchte courtisanes die er ooit woonden en altijd klaar stonden voor de hitsige heren uit het gevolg van de Duce, de Doge. Later nog maakte ik een Venetiaanse carnaval mee en dacht dat het allemaal verklede hete courtisanes waren. Ik was er niet ver naast, toen een schaars geklede dame haar masker afdeed en me wenkte. Ik volgde haar in het smalle straatje. O solo mio. . .
je zuigt me helemaal in het verhaal! erg mooi, net een droom!
BeantwoordenVerwijderenLas je toevallig ook het boek, brug der zuchten?
BeantwoordenVerwijderenHet is geschreven door Richard Russo, ik heb ervan genoten!