Het is 5u30. Het zandmannetje is aan mij voorbijgegaan deze nacht. Na een nacht van gedoezel lag ik nu wakker. Ik wist dat de wekker om 7u met één of andere hit door de kamer zou schallen. Nog een uur en half. Nu is er stilte. Omhullende stilte.
Er is iets mis. Ik kan maar niet bedenken wat het is. Het voelt vreemd, onnatuurlijk. Toch kan ik er niet opkomen. Dan besef ik het. Het treft me als een donderslag. Ik kan het niet meer. Ik weet niet meer hoe het moet: ademen. Het automatisme is weg. Dat wat een mens doorgaans spontaan doet als hij ter wereld komt, is weg.
Ik dwing mijn buik tot de bewegingen: op en neer, in een vast ritme, maar ik krijg geen zuurstof binnen. Dan valt het me in dat het ook anders kan. Ik probeer borstademhaling. Ook dat helpt niet. Ik concentreer me op de ademhaling van mijn bedgenoot. Heel voorzichtig leg ik mijn hand op hem zodat ik zijn ademhaling goed kan volgen. Ik kopieer. Het is niet genoeg. Ik nestel me in zijn schoot om zo het ritme nog beter te volgen. Niets werkt. Ik kan het niet meer. Ik ben het kwijt.
Minuten kruipen voorbij. Het wordt ijl in mijn hoofd. In de verte hoor ik het vage gerommel van een hoog vliegend vliegtuig. Ik stel me het witte condensspoor voor op een staalblauwe achtergrond. Mijn lichaam snakt naar zuurstof. Het lukt me niet.
Dan zijn ze er weer: mooie, symmetrische patroontjes die zich achter mijn gesloten ogen vertonen. Gekleurde bolletjes, strepen, latjes, een hele parade trekt voorbij maar mijn adem vind ik er niet in terug. Kan je ademen verleren?
Een hond blaft in de verte. Het is 6u30. Woorden schieten me uit het niets te binnen. Ze poppen op als lichtreclames. Ze houden geen steek, maar ik proef ze, wentel ze rond en rond en vraag me af van waar ze komen. Ze leiden me af: fosfenen, insufficiëntie, palindroom, falset, meringue, fauteuil, rotonde, zelfsturend, argusogen, biedermeierstijl, zenit... Maar ook dat brengt mijn ademritme niet terug. Ik geef langzaam op. Het is me een raadsel hoe dit kan. Mijn lichaam voert de handelingen uit alsof ik echt adem, maar mijn longen vullen zich niet.
Langzaam zak ik weg, geef ik toe. ‘Capitulatie’, denk ik en ik zie nog net op de wekker rode cijfers 6u57 weergeven. Ik laat los. Slaap neemt over en zorgt ervoor dat alles zich herstelt. Ik adem.
Griezelig. Ik zit hier zelf mijn adem in te houden.
BeantwoordenVerwijderenbrrrrr
BeantwoordenVerwijderenNog 3 minuten slaap meepakken... ;) Mooi geschreven weer...
BeantwoordenVerwijderenJa, ook ik hield m'n adem in .... Ademloos goed verhaal!
BeantwoordenVerwijderenKlinkt als toen ik bronchitis had :-)
BeantwoordenVerwijderenMooi geschreven.
BeantwoordenVerwijderen